de plank en Piketty

De verhouding tussen arbeid en kapitaal door mechanisatie, automatisering en robotisering  (vervolg  ‘werk,werk, werk. Waar !’

Thomas Piketty is een Fransman, die een boek over economie schreef dat wereldwijd een bestseller werd:  ‘kapitaal in de 21ste eeuw “.  Hét antwoord op de kloof tussen rijk en arm, die steeds maar groter was geworden als gevolg van het neo liberale kapitalisme, waaraan de economie onderworpen was geweest.   Op TV konden we zien hoe hij als een popster werd binnengehaald  bij Paradiso.

Vrijwel niemand had het boek natuurlijk gelezen, maar er wel een mening over gevormd.  Duidelijk was te zien dat Piketty zich ongemakkelijk voelde bij de vraag of hij ook niet vond dat die veelverdieners eens moesten worden aangepakt. Dat was niet precies zoals hij het had bedoeld.

Als oplossing om de kloof te dichten wordt  het verlagen van belasting op arbeid en het verhogen van die op vermogen veelgehoord. Als ambachtsman klinkt mij dat ook als muziek in de oren,   maar als je het verhaaltje verder leest zul je wel begrijpen dat de kans daarop alleen maar kleiner kan worden.

In mijn  boekenkast staat een dik boek  over windmolens, die  vanaf de 12de eeuw in Nederland werden gebouwd.

Bij een bezoek aan een oude molen zou het kunnen opvallen, dat de vloerplanken niet recht, maar taps zijn.  Dat was niet omdat tapse planken in die tijd hip waren, maar gewoon omdat een plank maken hartstikke kostbaar was!   Toen was het niet zo dat je bij de houthandel even op maat gezaagde en geschaafde planken  bestelde, die je vervolgens liet bezorgen op de bouwplaats op een willekeurige locatie in het land.  Transport was eveneens een kostbare en tijdrovende zaak.   Jaffe Vink beschrijft  mooi  in zijn boek ‘ lang leve de vooruitgang ‘ hoe het leven in zijn geboortedorp  Scheemda eraan toe ging in de 19de eeuw;  veel verder dan het dorp kwam men niet

Nee,  de boom waar de plank uit gezaagd werd, stond in de directe omgeving van de te bouwen molen en werd met een bijl geveld. Daarvoor was veel (lichamelijke) arbeid nodig.  Vervolgens gingen de sterkste mannen daar planken van zagen met een trekzaag, de éen in de put staand, de ander op de boom.  Als de plank dan eindelijk gezaagd  was, waren de randen nog niet recht en zat de ronding van de boom er nog aan.  Die zogenoemde ‘wankanten ‘ werden dan recht geschaafd met de rijschaaf , waarbij een minimum aan materiaal verloren ging en de plank de tapse vorm van de boom bleef houden .

Materiaal  was  kostbaar,  arbeid niet.  

De houtzaagmolen  Al in de 13e eeuw had de  arabische uitvinder Al-jazari de krukas uitgevonden waarmee een draaiende beweging kon worden omgezet in een rechtlijnige beweging of andersom.

Omstreeks 1594 werd de krukas voor het eerst toegepast in een houtzaagmolen.  Nu ging het zagen van planken in één keer 30 keer sneller dan voorheen. De plankenzagers moesten een ander beroep kiezen en voor het eerst was er kapitaal nodig geweest. ( voor het bouwen van de molen )

Tot aan het eind van de 19 e eeuw zou arbeid nog een belangrijke rol spelen, maar in het begin van de 18 e eeuw, werd de stoommachine uitgevonden. Nu konden de planken niet alleen nóg veel sneller worden gezaagd, maar ook ononderbroken,  want de productie was niet meer afhankelijk van de wind die maar 20 % van de tijd waaide. ( molenaars kregen vrijstelling om op zondag te mogen werken als het waaide ).  Maar dat was niet het enige, want al snel kwamen er  stoomtreinen en via het spoor konden ineens grote hoeveelheden goederen over lange afstanden in korte tijd worden vervoerd.  Het zou niet lang meer duren voordat de industriële revolutie van start zou gaan in de textielindustrie ( manchester ( UK ).

Kapitaal ging steeds meer een rol spelen in het productieproces ; arbeid minder.   Eind 19de eeuw waren het nog Morris en Ruskin van de ‘Arts and Crafts movement’ geweest, die probeerden de ontwikkelingen tegen te houden  –  de arbeiders beweging ontstond – maar die moesten met lede ogen toezien  hoe de productie van goederen in rap tempo werd gemechaniseerd ( Gero , Gispen ).

Het duurde niet lang voordat de elektrische schaaf- en zaagmachines hun intrede deden en productiesnelheid per plank steeg exponentieel terwijl de  kosten per plank snel daalde.

Materiaal  werd steeds minder kostbaar,  arbeid steeds duurder. 

Ergens halverwege de vorige eeuw kruisen de lijnen van kapitaal en arbeid elkaar.  Nu zijn er fabrieken waar machines in één dag net zoveel planken produceren als  100den mensen vroeger deden.   In die moderne fabriek zijn nu nog een aantal operateurs werkzaam en automatiseerders, maar die worden over een tijdje vervangen door robots is de verwachting.

Vanaf het jaar 2000 werden -inmiddels voornamelijk diensten-  nóg veel kapitaals intensiever dan ooit het geval was geweest als gevolg van de snelle ontwikkelingen van internet technologiën.   Binnenkort kunnen de planken – bij wijze van spreken dan – met een printer worden geproduceerd. Op afstand en op maat.

Onherroepelijk zullen nog veel arbeidsintensieve en te programmeren banen verdwijnen in de nabije toekomst. de ontwikkelingen lijken steeds sneller te gaan .  Kijk het filmpje hieronder met daarin een metselrobot.  Die metselt 24 uur per dag zonder pijn in de rug te krijgen. ( het filmpje is verwijderd )

Het gevolg daarvan is ook dat steeds meer geld naar steeds minder bedrijven vloeit, waardoor de ‘oude economie in serieus gevaar komt of eigenlijk al ís.

lees hierover het interessante artikel dat Peter de Waard daarover schreef: ” is Silicon Valley het nieuwe Rome? “. 

lees ook : proletriaat 2.0 en ford meets ford